‘Hoge toeristenbelasting Amsterdam verdrijft kampeerders uit stad’

Door Nationale Recreatiegids
4 min
HISWA-RECRON is niet blij met de plannen van de gemeente Amsterdam om de toeristenbelasting nogmaals te verhogen. Daarmee zouden kampeerders uit de stad worden verdreven volgens de ondernemersorganisatie in watersport en recreatie. Kampeerbedrijven worden uitgehold als hun verkoopprijs voor 20 procent uit toeristenbelasting bestaat, meldt HISWA-RECRON.

Regiomanager Noord-Holland bij HISWA-RECRON, Gerdina Krijger, geeft aan dat de Amsterdamse campings straks acht procent van hun omzet moeten afstaan aan de gemeente. “Daarbovenop moet nog eens twee euro per persoon per dag worden afgedragen”, aldus Krijger. Dit komt neer op ongeveer twintig procent belasting die kampeerders moeten betalen. “Dat is een exorbitant groot deel van de verkoopprijs. Hoe kan een ondernemer zijn investeringen nog terugverdienen?”

Voornamelijk jonge kampeerders geweerd

Hierdoor ontstaat bij HISWA-RECRON vooral de vrees dat jonge kampeerders wegblijven uit Amsterdam. Dat terwijl deze groep van groot belang is voor de sector, stelt de organisatie. Veel campings hebben deze doelgroep en hebben daar ook in geïnvesteerd. Zo heeft camping Zeeburg een compleet kampeereiland aangelegd. De eigenaar, Toon Weijenborg, is twintig jaar bezig geweest met het voorbereiden en realiseren hiervan. Destijds werd door de gemeente besloten dat dit eiland enkel voor tentkampeerders gebruikt mag worden. “Prima, maar de verhoging van de toeristenbelasting treft juist deze ‘armere’ jonge kampeerders. Dit zijn niet de feestvierende, overlastgevende jongeren, maar vaak wereldontdekkende jongvolwassenen.” Hij verwacht dat Amsterdam door de verhoging van de belasting gemeden zal worden.

Krijger vult Weijenborg aan: “Investeringen moeten terugverdiend worden. Hoe meer de gemeente afroomt, hoe moeilijker dat wordt.” Zij vindt dat de gemeente de kampeerders moet koesteren en vindt het onbegrijpelijk dat Amsterdam deze keuze maakt, ‘terwijl er een landelijke discussie gaande is over het tekort aan gewone kampeerplekken’.