Run op vakantiehuizen lijkt nu echt voorbij

Door Nationale Recreatiegids
3 min
Het lijkt erop alsof de vakantiehuizenkoorts, die in de coronapandemie ontstond, nu echt voorbij is. Nadat de NVM in juni al berichtte dat het aantal verkochte vakantiehuizen dit jaar fors terugliep, hebben ook het Financieel Dagblad en het Kadaster een onderzoek uitgebracht over de vakantiewoningenmarkt. Met een totale transactiewaarde van 900 miljoen euro was de waarde vorig jaar zo’n 30 procent lager dan in 2022, toen het op 1,1 miljard euro stond. Dat meldt PropertyNL.

Door de lage rentestand en regulering van de woningmarkt kochten Nederlanders in grote getalen vakantiehuizen. Daar ging in 2022 zo’n 1,1 miljard euro in om. Het jaar daarna nam de totale waarde met een flink percentage af naar 900 miljoen euro. Dat komt onder meer door een verhoging van de overdrachtsbelasting naar 10,4 procent. Ook een strengere belastingwetgeving droeg bij aan de afname.

Daling

In 2020 kende de recreatieve woningmarkt haar hoogtepunt. Toen wisselden 7.900 woningen van eigenaar. Twee jaar later, in 2022, was dat nog 5.700 en in het vorige jaar werden er 4.000 recreatiewoningen verkocht.

Naast een afname van het aantal verkochte huizen nam ook de prijs voor een recreatiewoning iets af. Zo waren woningen in 2021 en 2022 het duurst. De prijzen namen in 2023 met 1,8 procent af, naar een gemiddelde prijs van 224.000 euro.

Toename aantal vakantiehuizen

Toch staan er in 2023 meer vakantiehuizen in Nederland dan in het jaar daarvoor. Toen waren er zo’n 127.000 vakantiewoningen in het land, 3,6 procent meer dan in 2022. Daarvan waren de meeste in het bezit van particulieren (65 procent).

Daarnaast meldde NVM in juni dat bij hen het aantal verkochte vakantiehuizen flink afnam, met een daling van 34 procent tot 3.718. Wel constateerde de makelaar een prijsstijging naar gemiddeld 228.000 euro. Het aandeel huisjes met een waarde van boven de 2 ton steeg ook.