Op jonge leeftijd was Hoedemaker gefascineerd door de dierentuin in Arnhem, die tegenwoordig bekend staat als Burgers' Zoo. Toen zijn ouders naar Bussum verhuisden vond hij aansluiting bij een dierentuin in Amersfoort. Als 14-jarige knul trok hij op met de verzorgers en toonde hij interesse in het verzorgen van dieren. Hij werd door het personeel onder de hoede genomen en is blijven plakken in Amersfoort.  

Cultuurverandering  

Hoedemaker werkte zich langzaam omhoog als dierenverzorger en belandde uiteindelijk als adviseur voor het beleid van internationale dierentuinen. Hij heeft de dierentuinwereld zien veranderen van claustrofobische hokjes naar ruimtelijke vertrekken. Terwijl de dierentuin vroeger uitsluitend een commercieel doel diende, was Hoedemaker getuige van een cultuuromslag richting meer dierenwelzijn en een educatieve invulling.  

Keerpunt 

Na een roerende gebeurtenis kreeg de dierenverzorger de inspiratie om zijn ervaringen met de wereld te delen. Doordat een van de chimpanseeverzorgers een fout maakte ontsnapten de apen Mike en Karibuna. Zij werden gedood. Hoedemaker kende Mike al 54 jaar en bezocht hem dagelijks. Door zijn positie in het dierenpark werd de dood van de chimpansees hem verweten. Hoedemaker werd uitgemaakt voor moordenaar. De kritiek van buitenaf zette hem tot het schrijven van een boek. De publicatie 'Van beestenboel tot hokjesgeest' laat de verandering van zestig jaar dierentuinen wereldwijd zien. 

De strijd tegen vooroordelen 

Met het boek hoopt Hoedemaker afscheid te nemen van de vooroordelen over dierentuinen. Medeschrijver en journalist Marco Bosmans onderschrijft dit door te wijzen op de belangrijke functies waar dierentuinen zich tegenwoordig voor inspannen: “Een dierentuin is geen pretpark van dieren meer, maar een vorm van educatie. Dierentuinen doen ook veel aan natuurbescherming".  

Door: Nationale Recreatiegids