Tekort aan keuringsinstanties kermisattracties leidt tot lange wachtlijsten
Voordat een attractie op een Nederlandse kermis mag staan, moet deze eerst worden gekeurd. Dat gebeurt door een aangewezen keuringsinstantie, een AKI. Het attractielandschap verandert snel. Volgens een attractie exploitant ‘komen er iedere dag wel regels bij’. Dat leidt soms niet alleen tot fouten, maar ook tot lange wachttijden. Soms moeten exploitanten maanden tot anderhalf jaar wachten voordat hun attractie door de keuring komt.
Tijdens die keuring wordt onder andere gekeken naar de veiligheid van de attractie, het onderhoud en de administratie. Daarna krijgt de exploitant een certificaat, waarmee hij of zij naar een kermis kan. Een attractie moet ieder jaar gekeurd worden.
Tekort
Maar door een tekort aan AKI’s duurt het dus steeds langer voordat een attractie gekeurd kan worden. Een exploitant zegt dat het hem ‘slapeloze nachten’ bezorgt.
Een andere exploitant zegt dat hij zich ook stoort aan de gang van zaken bij TUV Nederland, een van de keuringsdiensten. Volgens de uitbater zitten de inspecteurs van het bedrijf vaak in het buitenland, “terwijl zij door de Nederlandse overheid zijn aangewezen om kermisattracties in Nederland te keuren”.
Begrip maar onmacht
De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit begrijpt de zorgen van de exploitanten. Zij nemen het serieus, maar kunnen ook tot bepaalde hoogte iets voor ze doen. De NVWA is namelijk afhankelijk van het ministerie van Volksgezondheid: die kunnen keuringsinstanties aanwijzen.
De boodschap van de NVWA wekt weinig vertrouwen op bij de kermisexploitanten. Zij zien geen schot in de zaak en denken dat ze er maar mee moeten leren leven.