Een dagje dierentuin valt voor veel mensen nog in steeds in hun top drie van favoriete uitjes. Er is veel steun voor de Nederlandse dierentuin en het merendeel van de Nederlanders wil de dierentuinen in de toekomst behouden. Maar David van Gennep, lid van de Raad voor Dieraangelegenheden, ziet ook dat er een grote groep is die wil dat er iets verandert.

Toekomst van dierentuinen

De toekomst van 49 dierentuinen werd door een adviescommissie van het ministerie onderzocht. Daaruit werd de conclusie getrokken dat men flink aan het werk moet. Dierentuinen moeten wat terug doen voor de wilde dieren in de natuur, dat vinden bezoekers. 

Bescherming bepaalde wilde diersoorten

Dierentuinen moeten beter gaan laten zien wat ze daadwerkelijk doen aan bescherming van bepaalde wilde diersoorten. Heel veel beschermde diersoorten worden nu met uitsterven bedreigd. Het is de wettelijke taak van dierentuinen om de wilde soorten te beschermen. Als een dierentuin daar niet aan kan voldoen, dan moet de dierentuin dicht.

Dierentuin Blijdorp uit Rotterdam is daar al mee bezig. Er is voor de olifanten al een groter verblijf gemaakt, maar de dierentuin zet zich ook in voor de wilde olifanten in Azie. De dierentuin heeft ook speciale fokprogramma’s voor wilde dieren in het leven geroepen.

Dierlijk gedrag laten zien

Dierentuindieren moeten in de verblijven van de dierentuinen zoveel mogelijk hun dierlijk gedrag laten zien. Daarom zouden bepaalde vogels of de wolf in de toekomst weleens kunnen verdwijnen. Deze dieren zijn ongeschikt om te houden in dierentuinen, aldus Van Gennep. In een dierentuin kan een wolf geen 10 tot 80 kilometer per dag afleggen, iets dat hij in het wild wel doet. Een aantal dierentuinen is al gestopt met het houden van wolven.

Sluiting van dierentuinen

Volgens Van Gennep kan hij niet uitsluiten dat er in de toekomst een aantal dierentuinen moeten sluiten. Ook de Dierenbescherming vindt het advies voor de dierentuinen goed, maar op dit moment nog te vrijblijvend. “Dierentuinen moeten getoetst worden op het dierenwelzijn dat in hun vergunning staat omschreven.”