Op het terrein komt een innovatieve stadswijk. Samen met onderwijs, wetenschap en bedrijfsleven bedenken en testen we er nieuwe oplossingen voor stedelijke vraagstukken. Het Marineterrein, gelegen aan de oostkant van het centrum van Amsterdam, was vanaf 1655 in gebruik bij de Admiraliteit van Amsterdam en haar opvolger, de Koninklijke Marine. Nu Defensie zich grotendeels terugtrekt van het terrein, wordt het beschikbaar voor de stad.

 

 

In de nieuwe wijk is ruimte voor ongeveer 800 woningen, van sociale tot (middel)dure huur- en koopwoningen. Daarnaast is er plek voor 2.300 arbeidsplaatsen voor kleinere innovatieve bedrijven en voor ongeveer 1.400 studenten en onderwijspersoneel. Er komt ook veel ruimte voor kunst en cultuur. Defensie blijft aanwezig met een compacte kazerne en een sportveld, waar een helikopter kan landen, maar waar ook bewoners kunnen sporten. Toch blijft maar liefst 70 procent van het terrein onbebouwd.

 

 

De nieuwe bebouwing is vanaf het begin gasloos. Ook voor de bestaande bebouwing is dat de ambitie. De energiehuishouding van de bebouwing is op langere termijn klimaatneutraal. In de plannen voor het gebied wordt op termijn al het afval circulair gebruikt en komt er ook een circulair systeem voor gebruikswater. Uitgangspunt voor de bouw is dat we minimale milieulast veroorzaken en bestaande materialen hergebruiken.

 

 

De nieuwe buurt ligt in een groene, waterrijke en autovrije omgeving, met een park aan het water van het Oosterdok. Het monumentale Poortgebouw en andere beeldbepalende gebouwen, zoals de voormalige timmerwerkplaats, het Officiersgebouw en de Commandantswoning, blijven behouden. Net als bomen die er al lang staan en bepalend zijn voor het beeld.