ITA voert gedwongen ontslagen door na forse korting op rijkssubsidie
De reorganisatie volgt op het besluit van minister Eppo Bruins (Cultuur, NSC) om het gezelschap vanaf 2025 te degraderen tot een middelgroot theatergezelschap, zoals aanbevolen door de Raad voor Cultuur. Hoewel ITA de grootste theaterinstelling van Nederland is, vond de Raad dat de plannen in hun subsidieaanvraag onvoldoende uitgewerkt waren, met name op het gebied van sociale veiligheid en werkdruk.
Ontslagen in alle lagen van de organisatie
In een verklaring maakte ITA bekend dat 17 medewerkers hun baan verliezen. Tweederde van hen valt onder een sociaal plan, terwijl de overige ontslagen op natuurlijke wijze plaatsvinden, zoals bij pensioenen en niet ingevulde vacatures. Hoewel ITA niet specificeert welke afdelingen of functies worden getroffen, bevestigt algemeen directeur Clyde Menso dat de ontslagen onvermijdelijk zijn om de financiële tekorten op te vangen.
Bezuinigingen raken ook het artistieke programma
De krimp van de organisatie betekent ook minder producties en een versoberde programmering. Waar ITA eerder bekendstond om een rijk aanbod van internationale voorstellingen en grootschalige producties, zullen er nu jaarlijks slechts vier nieuwe producties worden gemaakt. Artistiek directeur Eline Arbo neemt hiervan twee producties voor haar rekening.
Herstel van werkcultuur
De reorganisatie komt op een moment dat ITA zich herstelt van een turbulente periode. Onder voormalig artistiek leider Ivo van Hove kampten medewerkers jarenlang met een verziekte werkcultuur, waarin grensoverschrijdend gedrag en machtsmisbruik plaatsvonden. Na onthullingen hierover in juli en het vertrek van Van Hove in augustus, probeert de organisatie nu een nieuwe koers te varen.
Toekomstplannen
ITA zal binnenkort een nieuw artistiek plan presenteren onder de titel “Een artistiek huis dat samen ademt als één”. Dit plan markeert de volgende fase in de fusie van de Stadsschouwburg en Toneelgroep Amsterdam, die in 2018 werd ingezet. Arbo wil een hechte samenwerking tussen de producerende en programmerende activiteiten realiseren, ondanks de financiële beperkingen.
De reorganisatie weerspiegelt de uitdagingen waar culturele instellingen mee te maken hebben in een tijd van toenemende druk op subsidies en groeiende verwachtingen rondom sociale en artistieke verantwoordelijkheid.