Noord-Hollandse damherten mogen worden afgeschoten
Stichting Faunabescherming had de zaak aangespannen nadat het provinciebestuur toestemming had gegeven voor het afschieten van de dieren. De herten veroorzaken volgens de provincie veel schade aan landbouwgewassen. Ook zijn er veel aanrijdingen met de dieren. De populatie moest daarom worden teruggebracht.
De faunabescherming vindt dat niet alles is geprobeerd om de verkeers- en landbouwschade te voorkomen. Het afschieten als 'uiterste middel' gaat te ver, zo concludeerde de stichting.
De provincie is het daar niet mee eens. Zo zijn borden neergezet, rasters en hekwerken geplaatst en bermen gesnoeid. Ook is de maximumsnelheid op sommige plekken verlaagd. Dat leverde echter onvoldoende op.
Volgens de provincie bieden andere maatregelen dan afschieten geen oplossing. De voorzieningenrechter is het daar mee eens. Maatregelen als het terug- of opdrijven van de herten, vangen of verplaatsen of het inzetten van anticonceptie zouden waarschijnlijk niet werken en zijn bovendien te kostbaar.