Frank Smulders weet waar hij het over heeft als het gaat om de toegankelijkheid van evenementen voor mensen met een handicap. Al 26 jaar zit hij in een rolstoel – door een motorongeluk liep hij een dwarslaesie op – én hij is een groot liefhebber van festivals. Sterker nog: als roadie was hij vroeger betrokken bij de organisatie van vele muziekevenementen. Ook na zijn ongeluk bleef hij festivals bezoeken, maar dat was niet altijd vrij van frustratie. Om maar met een van de meest in het oog springende te beginnen: de festivalterreinen zélf. Die kenmerken zich vaak door oneffenheden en het vermogen bij regen razendsnel te transformeren in een smeuïge moddervlakte. Niet ideaal wanneer je in een rolstoel zit. Daarnaast ontbreken er vaak goede sanitaire voorzieningen en zijn er geen speciale rolstoelpodia, waardoor mensen gezeten in een rolstoel tijdens een optreden vaak niet meer zien dan een heleboel achterkanten van mede-festivalgangers.
Goed bedoeld
Soms hebben festivals wel maatregelen genomen om tegemoet te komen aan de behoeften van mensen met een handicap. Vaak goedbedoeld, niet altijd even goed uitgewerkt: dan is er bijvoorbeeld wel een apart rolstoelpodium geïnstalleerd, maar is deze alsnog te laag om de act goed te kunnen zien; of zijn er aparte sanitaire voorzieningen voor mindervaliden, maar zijn die moeilijk bereikbaar, soms simpelweg omdat een deur voor iemand vanuit een rolstoel niet goed open te maken is. Heb je je als mindervalide niet laten weerhouden door al deze hordes, dan is er, vooral wanneer het een meerdaags festival betreft, altijd nog één onontkoombaar pijnpunt: niet kunnen overnachten, omdat de broodnodige voorzieningen daarvoor ontbreken. Smulders: “Dan stond ik op Pinkpop, en moest ik ’s avonds weer helemaal terug naar de Achterhoek, omdat er helemaal niks voor mij geregeld was. Dat heeft me op een gegeven moment wel aan het denken gezet.”
Hoe kunnen we een bijdrage leveren
Die gedachten deelde hij toen hij in het Roessingh verbleef, het revalidatiecentrum in Enschede waar Smulders met regelmaat naartoe moet. In april 2018 raakte hij daar in gesprek met Diane Eilander, therapeute in het Roessingh, en Barry Hegeman, die na een hernia een dwarslaesie opliep en in 2018 in het revalidatiecentrum terechtkwam. Ze spraken over hoe festivals aantrekkelijker konden worden gemaakt voor mensen met een handicap: “Gaandeweg ontstond zo het plan van een mindervalidenpaviljoen. We zijn toen dingen op papier gaan zetten, en Barry, die bouwkundige is, heeft toen tekeningen gemaakt van hoe zoiets er dan uit zou moeten zien.” Afgelopen februari richtten ze de stichting No Restrictions Party Unlimited (NRPU) op, een platform specifiek gericht op het voor iedereen toegankelijk maken van festivals en evenementen. Al snel daarna zocht het drietal van de NRPU toenadering tot de organisatie die als geen ander kon helpen de hoteldroom waar te maken: HandicapNL.
Drempels wegnemen
Een goede zet, zo vertelt Jeroen van de Koppel (48, manager fondswerving bij HandicapNL), omdat de wens van de NRPU perfect aansluit bij hetgeen HandicapNL voor staat: “Wij zijn een organisatie voor alle mensen met een handicap in Nederland, en onze missie is het mogelijk maken dat zoveel mogelijk mensen met een handicap volwaardig mee kunnen doen aan de samenleving, net zoals ieder ander.” Volgens Van de Koppel zijn daar twee dingen voor nodig: “Aan de ene kant willen we dat mensen met een handicap sterker in het leven staan, dat ze ondersteund worden, getraind worden om meer uit het leven te kunnen halen, en om drempels te overwinnen die er in de maatschappij zijn. En aan de andere kant vinden we ook dat we als maatschappij een plicht hebben om ervoor te zorgen dat er eerlijke kansen zijn voor mensen met een handicap, dat er eerlijke kans is op werk, of om in je vrije tijd samen met je vrienden een weekend naar een festival te gaan.” Van de Koppel stelt dat het niet toegankelijk zijn van de leuke dingen in het leven, zoals festivals, evenementen en uitstapjes, ervoor zorgt dat een grote groep mensen met een handicap belemmerd wordt in het volwaardig meedoen aan de samenleving. “Daar willen wij wat aan doen. Samen met de NRPU en de Zwarte Cross hebben we deze wens nu concreet kunnen maken.” In de praktijk betekent dit in eerste instantie voorzien in financiële armslag: “Het toegankelijk maken van een groot festival zoals de Zwarte Cross voor een groep mensen die extra voorzieningen nodig heeft, kost gewoon geld. Vooral het regelen van de voorzieningen en de aanschaf ervan is kostbaar. Er was dus een soort startbudget nodig, en daar hebben wij bij kunnen helpen dankzij bijdrages die wij van onze donateurs krijgen.”
Zwarte Cross
Dat ze uiteindelijk bij Zwarte Cross – het beroemde festival in de Achterhoek en het grootste festival van Nederland – uitkwamen is te danken aan de goede connecties van Smulders én het enthousiasme van Zwarte Cross zelf. Smulders: “Uit mijn tijd dat ik roadie was kende ik Pieter Holkenborg nog, die in de organisatie zit van Zwarte Cross. Ik heb Pieter toen gebeld en gezegd: 'Pieter, wat zou je ervan vinden als we het mogelijk gingen maken dat ook gehandicapten kunnen blijven overnachten?' Toen was het antwoord meteen: 'Wat een waanzinnig goed idee, doen jongens!' Binnen een uur was het bekokstoofd. Sindsdien hebben we, vanaf september, drie keer met elkaar om de tafel gezeten, en is alles uitgegroeid tot wat er nu is: een complete tent met twintig slaapruimtes, met daartegenaan vier complete WMO-units.”
Het paviljoen voor mensen met een handicap, met rechts twee van de vier WMO-units.
Zoals thuis
De zorg-units zijn vrij van drempels, en zijn voorzien van hoog-laag-bedden, tilliften en aangepaste sanitaire voorzieningen. “Ze hebben dus eigenlijk alle voorzieningen die iemand met een ernstige beperking thuis ook heeft, en zijn net zo toegankelijk”, zo zegt Van de Koppel. De bedoeling is nu om de zorg-units zoals die op Zwarte Cross zijn ingezet aan te schaffen en in eigen beheer te hebben: “Hoe vaker je ze kan inzetten, hoe eenvoudiger het wordt om die investeringen terug te verdienen. We helpen ook samen met de NRPU de festivalorganisatie met al het regelwerk dat daarbij komt kijken. Maar ook met het uitzoeken of er misschien subsidiemogelijkheden zijn; die zijn er heel vaak. Als festival heb je dan vaak weer een deel van de kosten gedekt. Waar we nu vooral naar kijken is welke festivals en evenementen vanaf nu willen gaan aanhaken.”
Miva Las Vegas
Festivals in het vizier
Volgens Smulders zijn er wat dat betreft al wel een paar serieuze gegadigden: “Ik hoop dat Concert at Sea gaat lukken, en daarnaast zijn we bezig met de Formule 1, die volgend jaar mei in Zandvoort is, en Pinkpop. Verder hebben we de Invictus Games benaderd, dat in 2020 in Den Haag wordt georganiseerd, of het niet mooi zou zijn om ook daar een groot paviljoen neer te zetten.” Recent zou Huntenpop, een kleiner festival in Gelderland, de tweede plek worden waar een gehandicaptenhotel zou worden neergezet, maar dat ging op het laatste moment niet door, doordat de vergunningen niet op tijd rondkwamen. Maar volgend jaar zal er alsnog een paviljoen verrijzen op het festival bij Ulft, zo belooft Smulders.
Een primeur in een land dat achterloopt
Nu lijkt het met de Europese primeur van het gehandicaptenhotel op Zwarte Cross alsof Nederland voorop loopt in het toegankelijk maken van festivals en evenementen, maar dat is een beeld dat Van de Koppel toch even rechtzet: “Uit onderzoek is gebleken dat Nederland een van de slechtste jongetjes in de klas is in Europa als het gaat om toegankelijkheid van festivals. Het begint nu mondjesmaat te veranderen, en dat moet ook wel. Een aantal jaar geleden heeft Nederland een VN-verdrag voor gelijke behandeling van mensen met een handicap geratificeerd. De overheid moet daar nu invulling aan geven, en een van de zaken is dat mensen met een handicap ook toegang moeten kunnen hebben tot de evenementen en festivals die in een gemeente plaatsvinden. En daar komt vaak meer bij kijken dan wordt gedacht: met alleen een drempelhulp of een hellingbaan ben je er nog niet.”
Miva Las Vegas
Bij Zwarte Cross hadden ze dat goed door, vertelt Smulders: “Van de jongens van Zwarte Cross kregen wij alle medewerking. Wat we nodig hadden konden we krijgen, alles werd door hen geregeld.” Zo was er niet alleen plek voor het gehandicaptenhotel – door het festival ludiek omgedoopt tot
Miva Las Vegas –, maar zorgde de organisatie er ook voor dat er waterzuiveringssystemen (zogeheten
septic tanks) in de grond werden gegraven, dat er rolstoeltaxi's beschikbaar waren, dat er verspreid over het terrein speciale sanitaire voorzieningen stonden, en dat er bij het hoofdpodium ook een apart rolstoelpodium kwam. Rond de dertig mensen maakten uiteindelijk gebruik van het gehandicaptenhotel op de Zwarte Cross: “Die waren allemaal via het Roessingh benaderd door Diane, met de vraag of ze het leuk zouden vinden Zwarte Cross te bezoeken. Iedereen zei volmondig ja!” Ook onder verpleegkundigen was veel animo om hulp te bieden tijdens het festivalweekend: “We hadden wel een dertigtal verpleegkundigen die mee waren: een stuk of tien via het Roessingh zelf, en de rest werd gevonden via iemand van Buurtzorg die een oproep had geplaatst via internet: binnen twee uur hadden we meer dan tweehonderd aanmeldingen van mensen die als vrijwilliger wilden komen helpen.” Hieruit werd een selectie gemaakt van mensen die al in de buurt woonden van Lichtenvoorde, het dorp waar Zwarte Cross wordt georganiseerd.
Morele verplichting
Aan aandacht had het gehandicaptenhotel geen gebrek. Smulders: “Twee dagen voordat Zwarte Cross begon was er een persdag. Meer dan honderd journalisten kwamen toen het fenomeen hotel voor gehandicapten bekijken. Dat was geweldig!” Van de Koppel hoopt nu dat festivals er echt van doordrongen raken hoe belangrijk het is dat evenementen voor iedereen toegankelijk zijn: “We hebben als maatschappij de morele verplichting om mensen met een handicap overal zo goed mogelijk toegang te geven. Wij zijn ervan overtuigd dat we steeds meer organisatoren zo ver kunnen krijgen dat ze ook gaan inzien wat de meerwaarde is van het toegankelijk maken van hun evenement. Voor veel festivals is het nu al vanzelfsprekend om na te denken hoe ze zo duurzaam mogelijk kunnen worden gemaakt: het zou mooi zijn als dat met het thema toegankelijkheid straks ook gaat gebeuren.” Het roept ook de vraag op: Kunnen alle festivals toegankelijk worden gemaakt voor iedereen? Van de Koppel: “Een hele absolute uitspraak, maar in principe zou dat moeten kunnen. En de Zwarte Cross heeft dat ook wel laten zien: er waren daar mensen met echt wel een behoorlijk zware lichamelijke beperking die daar toch het hele weekend hebben doorgebracht. Uiteraard kan het zo zijn dat mensen een bepaalde fysieke toestand hebben waardoor ze überhaupt heel moeilijk de deur uit kunnen; dan wordt een festival ook extra lastig. Maar voor die ruim 2 miljoen mensen met een handicap in Nederland streven wij ernaar dat bijna iedereen die daar fysiek toe in staat is, ook op een festival welkom zou moeten zijn.”
Met een grote grijns naar huis
Ook voor Smulders is het helder: “Ik wil gewoon dat alle festivals voor iedereen toegankelijk worden gemaakt. We gaan nu in ieder geval alle grote festivals van Nederland aanschrijven, en ze materiaal opsturen, zodat ze met ons en onze missie kennis kunnen maken.” Zwarte Cross heeft voor hem nog eens benadrukt wat het inhoudt wanneer een festival ook voor mindervaliden inclusief is gemaakt: “Mensen met een beperking, of in een rolstoel, die hoorden er helemaal bíj. Het is fantastisch wanneer je iemand op donderdagmiddag ziet komen en die gaat op maandagmiddag naar huis met een grote grijns op de kop, omdat 'ie gigantisch heeft genoten. Iedereen die is geweest vond het waanzinnig en wil er volgende keer ook weer heel graag bij zijn. Als je dat dan hoort, dan ben je gelukkig, daar doe je het voor.”
Voor meer informatie over de No Restrictions Party Unlimited en HandicapNL, zie NRPU.nl en Handicap.nl.
© Nationale Recreatiegids